Intelligentie
Onder intelligentie kunnen we het vermogen verstaan om relaties tussen begrippen te onderzoeken. Voor de mens bevinden begrippen zich in onze denkwereld. Begrippen vallen niet altijd een op een samen met woorden. Soms moeten we naar woorden zoeken om duidelijk te maken wat we bedoelen. Hierdoor zijn soms observaties en redeneringen voor anderen discutabel en kunnen dan tot misverstanden leiden. Elke gedachtegang, al dan niet helder, al dan niet foutief, wordt opgeslagen in de geestelijke wereld en kan zijn invloed hebben op de redeneringen van volgende denkers.
Van Rudolf Steiner wordt verteld dat hij probeerde de kranten elke dag zo uitvoerig mogelijk te lezen. Hij beperkte zich niet tot de kwalitatief goede stukken, maar las ook dubieuze beschouwingen en commentaren op de gebeurtenissen. Op de vraag waarom hij dat deed antwoordde hij: dat het nodig is om de fouten in de redeneringen recht te denken. Zo probeerde hij de wereld van begrippen en hun relaties zoveel mogelijk schoon te houden en van ongerechtigheden te zuiveren. Interessant is dat het dus kennelijk niet perse nodig is om het resultaat op te schrijven en te publiceren.
Kunstmatige intelligentie
Bij kunstmatige intelligentie zoals gebruikt bij chatboxen op het internet worden begrippen gevonden uit statistische analyses van beschikbare tekstbestanden. Woorden die met een hoge frequentie vlak bij elkaar zijn te vinden duiden op een begrip. Relaties tussen begrippen worden afgeleid uit hun contexten. Kunstmatige intelligentie is daardoor het resultaat van statistiek en niet van een al dan niet heldere gedachtegang. De kwaliteit van het resultaat hangt af kwaliteit van de onderliggende teksten en hun kwantiteit.
Een interessant experiment is gedaan door Ridzerd op de Rudolf Steiner Citatensite. Hij vroeg aan een chatbox, ChatGPT, wat Rudolf Steiner vond van de vier temperamenten, flegmatisch, cholerisch, sanguinisch, en flegmatisch. Het zijn interessante en herkenbare samenvattingen van wat Steiner op verschillende plaatsen heeft gezegd. Op het verzoek van Ridzerd voegde ChatGPT iedere keer een citaat toe. Het is in zijn blog voor lezers mogelijk om inhoudelijk commentaar te geven. Niet over het gebruik van ChatGPT zelf.

Ik vroeg ChatGPT om een illustratie van de vier temperamenten. Hierbij het antwoord. De volledige discussie is ook beschikbaar. We zijn er nu enigszins aan gewend, maar met de kennis van zo’n vijf jaar geleden is dit resultaat verbijsterend. Teksten en beelden zijn in een generatief model samengebracht. Dit model verbindt woorden met taal, met begrippen (de temperamenten), met manifestaties (mensen in discussie), met kenmerken (lichaamstaal, kleuren), en creëert een beeld dat antwoord geeft op de gestelde vraag. Het resultaat voldoet aan de eigenschappen van de temperamenten en aan die van de fysische logica, mensen rond de tafel, objecten op de tafel.
Relatie tot de mensheidsontwikkeling
Vanuit een antroposofische blik komt de vraag op hoe het internet in het algemeen en het gebruik van kunstmatige intelligentie in het bijzonder zich verhouden tot de mensheidsontwikkeling. Intelligentie speelt in het huidige bewustzijnstijdperk een belangrijke rol. Wordt het menselijk vermogen op dit punt door kunstmatige intelligentie ondersteund of juist verstoord? Als we de vier experimenten van Ridzerd bekijken kunnen we verwelkomen dat er toegankelijke antroposofisch gekleurde teksten over de vier temperamenten op het internet vindbaar zijn. Het punt is uiteraard de kwaliteit van een kunstmatig gegenereerde samenvatting. Deze blijft vaak beschikbaar op het internet en kaan een rol gaan spelen in nieuwe vragen en discussies via chatboxen.
Het experiment van Rizerd is zinvol. Het laat zien dat voor sommigen ChatGPT kan helpen. Hiervoor is nodig dat de basis integer is. Als het internet vervuild raakt met onjuiste of zelfs kwaadaardige teksten dan moeten gebruikers op hun hoede zijn. Hiervoor is het eigenlijk essentieel dat via AI gegenereerde teksten een bronverwijzing bevatten, zodat het resultaat gecheckt kan worden. Teksten zonder bronvermelding zouden standaard gewantrouwd moeten worden. Dit vraagt van gebruikers een grote alertheid en bewustzijn. Tenslotte is het onze gezamenlijke verantwoordelijkheid om het internet te voorzien van zinnige teksten.
Kunstmatige intelligentie is in essentie waardevrij, maar we moeten wel het bewustzijn en de vermogens ontwikkelen om er mee om te gaan, zowel ten behoeve van onszelf als van onze medeburgers. Zoals in de inleiding aangegeven is de menselijke activiteit niet alleen in de ontwikkeling en het gebruik van de techniek relevant, maar kan uiteindelijk ook leiden tot een verrijking van ons gezamenlijk begrip en bewustzijn. Dat is een domein waar de kunstmatige intelligentie geen toegang toe heeft.