In een voordracht van 21 september 1906 (GA 91) beschrijft Rudolf Steiner de schepping van de getallen vanuit de geestelijke wereld. Slechts de getallen drie, vier en vijf zijn rechtstreeks vanuit de hoogste scheppingsmachten ontstaan. Alle andere ontstaan via interacties van hun manifestaties. Het volgende is een persoonlijke beschrijving van dit proces geïnspireerd door de beschrijving van Steiner.
Bij een schepping wordt uit een geheel iets afgezonderd en buiten het geheel geplaatst. Er wordt daarbij een nieuw element toegevoegd aan het oorspronkelijke geheel. Zo’n schepping kan een ingreep zijn op de reeds aanwezige wereld buiten de schepper, maar ook betrekking hebben op de schepper zelf. Hij brengt dan iets vanuit zichzelf naar buiten. Dit is eigenlijk ook het geval bij een creatie in de buitenwereld. Ook dan moet de schepper in zichzelf een vorm vinden waarmee hij het bestaande buiten zich vernieuwd. De schepper openbaart in een schepping dus altijd iets van zichzelf: wat eerst verborgen was wordt nu manifest.
Steiner illustreert dit proces met een lemniscaat. Wat eerst binnen was komt door de schepping naar buiten. Zowel de schepper als de wereld naast hem veranderen. De schepper is in zichzelf veranderd, maar bevindt zich nu ook in een door hemzelf veroorzaakte veranderde wereld.
Laten we dit proces eens aan de hand van een voorbeeld concretiseren.
Veronderstel dat we ons in een discussiërend gezelschap bevinden. Er worden argumenten aangevoerd om een mogelijke actie te ondersteunen. Er lijkt iets niet te kloppen: sommige consequenties worden over het hoofd worden gezien. We besluiten om deze duidelijk naar voren te brengen. Hiervoor zijn woorden nodig, en een vorm, bijvoorbeeld een dramatische schets van een van de gevolgen van de actie.
De woorden die we spreken vormen een scheppingsdaad. Ze veranderen de discussie en daarmee de wereld buiten ons. Ze veranderen echter ook onszelf. Bij het kiezen van woorden zijn bepaalde nuances verdwenen. Er zijn wellicht scherpe accenten aangebracht die we niet hebben kunnen vermijden. Hierdoor worden we in de verdediging gedrukt en wordt onze zienswijze aangepast. Door onze woorden veranderen zowel de wereld buiten ons als wijzelf.
In dit hele proces zijn drie actoren aan te wijzen: wij, de wereld en de interactie. Deze laatste zorgt voor een balancering. Door de daad worden zowel de schepping als de schepper gevormd of hervormd. Maar de eerste wordt ook door de beide anderen geschapen. Scheppen is een gebeuren van drie scheppingsmachten die daarbij alle drie veranderen. Op vele plaatsen waar het getal drie een essentiële rol speelt zijn deze drie scheppingsmachten en hun manifestaties te herkennen. Is dit getal er echter ook als een eigen wezenlijkheid op te vatten?
We kunnen de essentie van geestelijke wezens van hun kwaliteiten onderscheiden. Ieder wezen in de kosmos kan als schepper optreden en daarbij deelgenoot worden aan het geschetste proces. Hij kan de schepping initiëren en daarbij iets van zichzelf opofferen, hij kan door een kracht van buiten worden veranderd en daartussen ontstaat dan altijd een bemiddelende activiteit. Deze bemiddeling heeft twee kanten: de schepper die naar buiten reikt, en de schepping die dit omarmt, dan wel hier weerstand tegen biedt. Zo ontstaat de kwaliteit van het getal vier.
Nu kan er opnieuw een bemiddelaar tussen de twee elkaar beïnvloedende elementen van het viertal. Er ontstaat dan het volgende vijftal:
- De kern van de schepper die zich beperkt tot het verzamelen van het resultaat van het scheppen: afscheid nemen van wat wordt geofferd en een bestemming zoeken voor de ruimte die ontstaat.
- De naar buiten reikende, schenkende activiteit van de schepper
- De bemiddeling
- De ontvangende activiteit van de schepping
- De kern van de schepping: integratie van wat wordt ontvangen.
In het bovenstaande proberen we de getallen drie, vier en vijf te zien als kwaliteiten van een aantal activiteiten in het scheppingsproces. We hebben ze niet beschouwd als een volgordenummer in zo’n proces.
In latere berichten zal er verder op worden ingegaan hoe getallen ontstaan en hoe ontwikkelingen in de wereld via manifestaties van de getallen kunnen worden gevolgd.