Op een bijzondere dag kreeg ik twee emmers water over me heen. Indachtig het voorbeeld van Rudolf Steiner over de dakpan ging ik op zoek naar het waarom. Hierbij een verslag.
De gebeurtenis speelde zich af in een tijd waarin ik sterk bezig was met de esoterische betekenis van het getal 19. Ik was erdoor gegrepen. Het getal achtervolgde mij in het dagelijks leven en ik kreeg enkele zwakke aanwijzingen dat ook anderen het als een speciaal getal zagen. Op alle mogelijke wijzen probeerde ik het getal in een bredere context te plaatsen.
Als 19 bijzonder is en zich bijvoorbeeld manifesteert in een reeks van 19 gebeurtenissen, of in een periode van 19 dagen, dan zou ook 3 × 19 speciaal kunnen zijn. Hierbij gaat het dan niet om exacte herhalingen, maar om verdiepingen, bijvoorbeeld fysiek, astraal en kosmisch.
In deze tijd verhuisde er een kennis en kwam op huisnummer 19 te wonen. Bij een soort house-warming avond werd ik uitgenodigd om over 19 te spreken voor enkele van haar familieleden en vrienden. Ik wandelde naar de woning, nog enigszins mijmerend over hoe ik dit aan zou pakken. Bij de woning aangekomen zag ik dat het om een gepslitst huis ging, met drie appartementen 19a, 19b, 19c. De drie nummers stonden in een keurig rijtje onder elkaar. Ik zag dit als een aanwijzing dat het zinnig zou zijn om over 3× 19 te spreken. Ik had dat niet voorbereid en het werd ook een wazig verhaal.
Ik liet mij niet ontmoedigen. Als 3 × 19 een esoterische betekenis heeft dan zou 9 × 19 dat toch ook moeten hebben, dan gerelateerd aan de hierarchiën. Tot mijn verbijstering had ik ooit geconstateerd dat 9 ×19 = 171, een getal dat door Rudolf Steiner ooit was aangewezen als de horizon van de mens als hij een blik probeert te slaan op de mensheids- en aardeontwikkeling. Dit hangt samen met 171 + 1 + 171 = 343 = 7 × 7 × 7, het totaal aantal aardefasen. Er zijn er 171 voor de huidige aardefase en 171 na deze. Was dit nu toevallig gelijk aan 9 × 19, of is dat essentieel? Het hield mij lang bezig.
Op zekere dag in het vroege voorjaar had ik mij opgegeven voor een antroposofische spraakcursus gegeven door Albert Soesman. Hij was ontevreden over de wijze waarop tijdens de verenigingsavond gesproken werd en daagde de leden uit voor een oefenochtend. Met gemengde gevoelens ging ik op weg. Soesman is interessant maar kon ook erg confronterend zijn. Hoe zou hij de cursus inrichten? Het was te verwachten dat hij de deelnemers zou uitdagen.
Op dat moment, terwijl ik in gedachten was verzonken, kreeg ik opeens op de hoek van een straat een emmer water over mij heen vanaf een balkon. Ik was verbijsterd en keek omhoog wat er aan de hand was. Daar stond een tiener mij uit te lachen. Ik vroeg waarom zij dat deed. Het bleek een Frans meisje te zijn dat niet in staat of bereid was mij in het Nederlands uitleg te geven. Nijdig sloeg ik de hoek om naar de voordeur van het huis en belde aan om het meisje en/of de ouders ter verantwoording te roepen. Ik drukte op de bel en op dat moment kreeg ik een tweede emmer water over mij heen, nu vanaf het voorbalkon. De vrolijkheid daarboven kende geen grenzen. Het enige dat ik kon uitbrengen was “Merde!!”.
Mijn jas was door en door nat. Ik deed hem uit en hoopte in de voorjaarszon wat op te drogen. Een paar huizen verder stond een dame haar tuin te onderhouden. Ik vertelde wat mij was overkomen en vroeg haar of zij de familie kende. O ja, zei ze. De ouders zijn vaak op reis en de buren hadden al veel last gehad van het meisje dat zich dan erg verveelde.
Waarom overkwam mij dit? Dingen zijn niet toevallig. Een gebeurtenis als deze moet toch een diepere reden hebben. Als ik daar niet achter kom, heeft het incident geen zin, en het leven kan toch niet zinloos zijn.
Het kostte mij een paar dagen, maar toen vond ik een oplossing. Ik kreeg het water over mij heen terwijl ik in gedachten was over de cursus waar ik naar op weg was, en speciaal over wat ik van Soesman te verwachten had. Hij zou ons vast uitdagen om improviserend wat te spreken, bijvoorbeeld wat wij onderweg hadden gezien. Er zijn altijd van die voorbeeldige antroposofen die een bijzonder vogeltje horen, of een wonderbaarlijk bloemetje zien, een vermogen dat mij ten ene malen ontbrak. Mij overkomt nooit zoiets! Op dat moment kreeg ik de emmer water over mij heen om mij er op te wijzen dat als ik maar blijf piekeren ik de wereld ook niet waarneem. Het leven leerde mij een les.
Toch bleef er iets knagen. Het lijkt een redelijke verklaring, maar de noodzaak van de tweede emmer water zag ik niet. Eén zou toch voldoende zijn geweest om mij een les te lezen? Ik passeerde het betreffende huis vele malen. Elke keer als ik naar verenigingsavond liep kwam ik er langs, en liep nu langs de andere stoep om de beide balkons te vermijden. De verschrikkelijke tiener heb ik nooit meer gezien.
Ongeveer een half jaar later keek ik weer eens naar de beide balkons en ook naar de bel waarop ik drukte toen ik de tweede emmer water over mij heen kreeg. Plotseling viel mij op dat naast de bel het huisnummer stond en dat dit nummer 171 was! De kosmos deelde mij mee dat 171 een getal was om verder te onderzoeken! Ik mocht, nee moest, verder op deze zoektocht!