Zee – Het raadsel van de materie

ZeeMaterieEr zijn weinig raadsels zo groot als dat van de materie. Filosofen, theologen, fysici, van Aristoteles tot Hawkins, hebben zich hiermee beziggehouden. Het is ongeveer de eerste vraag die iemand zich stelt die zich in oorsprong en doel van leven begint te verdiepen: waar komt de ons omringende fysieke wereld vandaan?

Wat is de substantie die ons omhult, en waaruit wij zijn opgebouwd? In de regel wordt deze vraag van buitenaf benaderd. Wij, tegenover de materie. Laten we hem openbreken, wat komen we dan tegen? Jan Zee, arts, geïnspireerd door Boeddha, Rudolf Steiner en Christiaan Rozenkruis, bediscussieerd de materie van binnen uit: Wij bevinden ons in de materie, wij zijn opgebouwd uit materie. Zo treffen we ons in eerste instantie aan en daardoor is dat ons primaire lot: een wezen in de materie dat vandaar uit met zichzelf en en zijn omgeving in het reine moet zien te komen. Materie is ons lot, is ons karma.

Het is heerlijk het probleem van de essentie van de materie van deze kant te benaderen. Nergens zijn wij zo innig met ons lot verbonden als door ons fysieke lichaam. Dit is de plek waar we ons in eerste instantie met verleden en toekomst uiteenzetten: de ziektes die we persoonlijk doormaken tot  de spijsvertering waarmee we als mensheid de toekomst voorbereiden: de vergeestelijking van de aarde.

De auteur geeft duidelijk aan hoe van Boeddha tot Rudolf Steiner het karma begrip is geëvolueerd, en hoe Rudolf Steiner en Christiaan Rozenkruis in begrip en uitvoering van de alchemie het wezen van deze vergeestelijking reeds hebben onderzocht. Het beeld dat geschetst wordt van de huidige fysica is helaas wat achterhaald.

Het bollenmodel in de atoomtheorie is sinds Bohr verlaten en leeft alleen nog in schoolboeken en populaire wetenschappelijke simplificaties. Jos Verhulst heeft in 1994 reeds aangegeven hoe de moderne fysica de grens met de etherwereld zonder dat te beseffen al is gepasseerd. In de huidige heelalmodellen komt de wet van behoud van materie soms niet meer voor. De actuele  studies over de oerknal (“big bang”) moeten de aardse  fysische wetten laten varen en proberen een alternatieve fysica op te bouwen die in feite zijn oorsprong vindt in vroegere aardefasen (“Oude Maan”, “Oude Zon” en Saturnus).

Afgezien hiervan is het benadering van het wezen van de materie die Jan Zee ons schenkt zonder meer een verrijking. Het brengt ons niet alleen dichter bij het begrijpen van de materie, maar ook bij het begrijpen van het karma: een zodanige verdichting van het lot dat we er over struikelen en aan de slag moeten om het op te lossen.

Augustus 2014

 

Print Friendly, PDF & Email
Scroll naar boven