Het onderstaande bevat aantekeningen van “work in progress”. Nog niet bedoeld voor toevallige lezers.
We treffen ons aan in een gegeven wereld van bergen, rivieren, zeeën, planten en dieren, en daarnaast in een door de mens gecreëerde wereld van steden , wegen, polders, landerijen en parken. De gegeven wereld is het resultaat van natuurwetten, over de kunstmatige wereld hebben we nagedacht, vergaderd en technieken ontwikkeld om hem te realiseren en onderhouden. We zouden in navolging van Rudolf Steiner kunnen stellen dat deze werelden de werking zijn van kosmische, respectievelijk aardse of kunstmatige intelligentie. Zie een eerdere beschouwing over dit onderwerp.
Er van uitgaande dat alles wat bestaat uiteindelijk het resultaat is van scheppingsmachten, ook als die eventueel via de mens hun weg vinden, en dat in de schepping wezenlijkheden zich uitdrukken of nog steeds actief zijn, dan komt de vraag op hoe deze in de door de mens geschapen wereld nog steeds waarneembaar zijn. Om een studie hierover enigszins een richting te geven worden onderstaande notities in enkele categorieën onderverdeeld.
Het interesse gebied
De rol van de techniek bij het geschikt maken van onze leefomgeving Het toepassen van de natuurwetten. De rol van gereedschap en machines, De relatie tussen schepper, gebruiker en de techniek. De rol van mechanica, elektriciteit, magnetisme en atoomkrachten. De relatie met de etherwereld. De elementenwezens. De ondernatuur?
Vragen
Hoe ontwikkelt zich techniek? Is er wildgroei of ook enige sturing? Wat is de drijfveer? Nieuwsgierigheid, economie, gezondheid?
Verschil tussen techniek en machines. Zijn er elementenwezens in de technische omgeving? Hoe verhouden die zich tot de elementenwezens in de natuur? Wat is de relatie tussen het ontwikkelen en gebruik van de techniek met de etherwereld? Hoe werkt de etherwereld in de techniek.
Wat is de relatie met de formele denkwereld: wiskunde, computers, protocollen en wet- en regelgeving?
Hoe leidt techniek enerzijds tot keuzevrijheid en anderzijds tot dwang? Hoe komt de mens door techniek tot vrijheid. Wanneer speel moraliteit een rol.
Waarnemingen
Wat maken we maatschappelijk mee? Wat nemen we waar bij techniek die we aantreffen? Hoe werken we zelf met techniek?
Een auto raakt beschadigd door een scooterrijder. De is een probleem voor hem, voor de eigenaar van de auto, voor de verzekeringsmaatschappij. Is het ook een probleem voor de auto. Heeft de auto een eigen elementenwezen, of is dat vooral bepaald in de relatie met de eigenaar en anderen in de omgeving.
Punten uit 7 mei 1922, “De oude mysteriën en de moderne techniek”, Pentagon, 2021
blz 36. Het verschil tussen een levende acteur op het toneel en “het spook van een film”.
blz 37. De oude, instinctief droomachtige helderziendheid, maakte het mogelijk dieper in het wezen van de dingen door te dringen dan met de zogenaamde wetenschappelijke ideeën van tegenwoordig.
blz 37-38. Tegenwoordig moet een voorstelling precies overeenkomen met de werkelijkheid daarbuiten.
blz 38. Vanuit een antroposofische grondslag moet men zich nu precies aan de fenomenen houden, en er denkend niets aan toe voegen. Men moet zich houden aan de techniek.
blz 39. Het denken van de moderne tijd is in feite het meest volmaakt aanwezig bij de technicus. Toonaangevende mensen denken technisch. Geparafraseerd: wie niet denkt als de technicus begrijpt de tijdgeest niet.
blz. 39. Het wereldbeeld van de moderne tijd is wat we gerealiseerd aantreffen in de moderne techniek.
blz 40. De moderne astronomie ziet het heelal als een grote machine.
blz. 40. Zo was het niet altijd. Tot aan de 15e eeuw leefde de mens in voorstellingen die niet alleen technisch waren, maar waaraan men iets beleefde. Het technische bevindt zich buiten de mens. Dat heeft zich van hem losgemaakt.
Bevindingen
Hypotheses en conclusies uit waarnemingen